Beste allemaal,
Hier alvast een korte eerste reactie,
zoals de titel al aangeeft: Ik ga naar huis. Vanaf zaterdag 29 september wel te verstaan. Over 2,5 maanden zal ik in Rotterdam opgenomen gaan worden voor specialistische pijnrevalidatie. Tot die tijd zal ik dus thuis zijn, dit dus ter overbrugging. De afgelopen weken hebben er diverse gesprekken plaatsgevonden tussen mij en mijn ouders, en de diverse specialisten. Ik kan pas over 2,5 maand in Rotterdam terecht voor revalidatie gericht op chronische pijn. En waarom moet er nu zo’n lange wachttijd zijn? Omdat het woordje ‘chronisch’ erin zit: Het wordt niet erger én niet minder, kortom het probleem blijft zoals het is. Geen noodzaak om er iets aan te doen dus. Dus geen spoedplekken: want ‘het komt niet op een maandje meer of minder’. Dat is kennelijk het Nederlandse beleid hierop, spoedplekken zijn er dus ook niet. Behoorlijk triest wel te verstaan, zeker omdat ik al 3 maanden in het UMC st. Radboud in Nijmegen ben geweest. Het duurt dus vanaf dag 1 – 30 juni – tot aan de daadwerkelijke start van de behandeling ongeveer een half jaar voordat we kunnen gaan werken aan herstel. Tot die tijd dus met een enorme batterij aan pillen naar huis, waaronder nog steeds morfine en medicatie om o.a. je longen te ondersteunen.
Die tijd moest overbrugd worden ergens buiten het ziekenhuis. Thuis, of in een verpleeghuis. Ik heb altijd gezegd naar de plek te willen waar ik zo intensief mogelijk kon revalideren. Immers wat je in de overbruggingsperiode van 2,5 maand doet hoef je niet meer in Rotterdam te doen. Kortom: Zoveel en zo snel mogelijk beginnen betekent sneller je ‘oude leventje’ weer oppakken. In een verpleeghuis kan ik met mijn huidige indicatie 5 dagdelen per week fysiotherapie krijgen, net zoveel als thuis. Alleen kunnen ze in een verpleeghuis deze (specialistische) fysiotherapie niet aanbieden. Voor de fysiotherapie hoeven we het dus niet te doen. Daarbij is het natuurlijk ook niet echt een opbeurende omgeving: Waar de gemiddelde leeftijd 75+ is, en waar men grotendeels een beetje van de waps is.
Zodoende zal ik morgen naar huis gaan, om thuis te werken aan herstel en dit af te ronden in Rotterdam. Dat zal zoals het er nu uitziet een klinische periode zijn. Maar wie weet (of is dat iets te positief) is dat tegen die tijd niet meer klinisch nodig. Morgen worden dus de laatste zaken zoals verpleegoverdrachten, medicatierecepten, contactgegevens e.d. meegegeven en ondertekend. En dan eindelijk naar huis voor een verlofperiode van 2,5 maand. Maar het ziekenhuis hoef ik dus niet meer in, dat is op zich al een vooruitgang te noemen.
Via deze weg wil ik in een eerste korte reactie iedereen bedanken die de afgelopen 3 maanden met mij, mijn ouders, broertjes en vriendin hebben meegeleefd enorm bedanken. De vele brieven, telefoontjes, mailtjes, FaceBook-berichten hebben we altijd met veel plezier gelezen. Ook het enorm aantal bezoeken die ik in het ziekenhuis mocht ontvangen zijn me echt tot steun geweest. De bezoekjes waren immers letterlijk het verschil tussen de ene en de andere dag. Zelfs na 3 maanden moest ik mijn bezoek nog steeds inplannen, dus dat zegt echt wel wat. Vele dank daarvoor.
Ook al het verzorgende en medische personeel die me de afgelopen 3 maanden hebben ondersteund wil ik via deze weg bedanken. De samenwerking was voor beide niet altijd even makkelijk máár ik kijk er over het algemeen toch erg tevreden op terug. De afdeling waar ik lag – ”Verpleegafdeling longziekten C4L” – wat een opleidingsafdeling is. En dat zorgde ervoor dat het een jong verpleegteam was. Natuurlijk erg fijn want met leeftijdsgenoten praat je over het algemeen wat makkelijker. Cicék – de vaste pizzashoarma-tent van de afdeling – verliest hierbij ook een vaste klant. Want meermaals heb ik met het verplegend personeel daar wat besteld! De artsen – en dan in het bijzonder mijn longartsen – waren bovengemiddeld betrokken. Immers kwamen zij ook aan mijn bed als er even geen nieuws of bijzonderheden te melden waren. Dat was niet altijd even leuk, want je hoopte immers op (goed) nieuws. Maar het gaf wel de oprechte betrokkenheid van hen aan.
Morgen is het dan eindelijk zover: De spullen, kaarten, SP-propaganda, kleding en weet ik allemaal wel niet inpakken en naar huis!
Bas